Jan Werle.

door Peter Boel

Een zeer magere oogst in de eerste KNSB-ronde. Wellicht moesten we allemaal nog een beetje warm worden. De enige aanvalspartij überhaupt kwam op naam van Jan Werle van het gepromoveerde Groninger Combinatie. Hij pleegde een mooi dameoffer dat eigenlijk een zet te laat kwam! Maar de ‘weerlegging’ was bijzonder moeilijk en de rest van de partij was ook mooi. Werle won de schoonheidsprijs, het boek Side-Stepping Mainline Theory van Gerard Welling en Steve Giddins bij New In Chess – hij had eigenlijk geen concurrentie.

Als een mes door de boter

Na het ‘hikje’ van wit op zet 25 had Pijpers zich kunnen verdedigen met een verborgen zet. ‘Toen hij die niet vond, ging wit als een mes door de boter waarbij hij een paar aardige wendingen op het bord bracht,’ schreef jurylid Herman Grooten. ‘Het is heel begrijpelijk dat Werle de ingewikkelde consequenties niet goed voor zich zag,’ voegde jurylid Hans Ree toe.

Partij Jan Werle – Arthur Pijpers

(analyses Herman Grooten met wat toevoegingen van Peter Boel)

Origineel idee

Van de twee andere kandidaten ging het bij de ene vooral om één origineel idee in het middenspel, terwijl bij de andere de verliezer steeds aan het aanvallen was. ‘Wit doet zijn plicht met een nuchtere verdediging,’ aldus Ree. Maar daar win je geen schoonheidsprijzen mee. Dat was de volgende partij.

Partij Eelke de Boer – Jelmer Jens

Leerzame opening

Van die andere partij, waarin Erwin l’Ami zijn vorige club (En Passant, hij stapte over naar MuConsult Apeldoorn) meteen een nederlaag toebracht, vonden de juryleden vooral de opening leerzaam. Ree: ‘Als zwartspeler moet je de Benoni dus heel wat subtieler aanpakken dan hier gebeurt, want zwart lijkt een succesje te boeken door e4 te veroveren, maar houdt alleen maar zwaktes over.’

Partij Erwin l’Ami – Michael Feygin