door Peter Boel
 
In de vorige ronde buitelden de schoonheidsprins(ess)en over elkaar heen, in deze vierde KNSB-ronde was het lastiger om goede kandidaten te vinden. Aan alle spektakelstukken mankeerde wel het een en ander – de lustig offerende Rick Lahaye haalde de shortlist niet eens, vooral omdat hij de moeilijke weg koos – en twee rustige, gepolijste werkstukjes kwamen bovendrijven. Tenslotte werd Loek van Wely tweede met een karakteristieke wurgpartij afgesloten met een stukoffer. De New In Chess prijs, de nieuwe versie van Dismantling the Sicilian door Jesus de la Villa en Max Illingworth, gaat naar Felix Levin, die Geert van der Stricht versloeg in een strakke en langlopende aanval.
 
Juryleden Hans Ree en Herman Grooten hadden de meeste waardering voor het gestroomlijnde zwarte spel in de volgende partij. Met “kleine middelen” (Grooten) bouwt de Oekraïense grootmeester, die vaak op de Nederlandse schaakvelden te zien is, aan een onweerstaanbare aanval na een onkarakteristieke pionopstoot van de Belgische IM die zijn koning op de tocht zet. Er kwam zelfs een witte pion op b7 te staan, maar dat hield de zwartspeler niet van zijn aanvalsaspiraties af. Uit de wedstrijd HMC Calder-Voerendaal.
 
Van der Stricht – Levin
[commentaar Herman Grooten]
1.d4 d5 2.c4 dxc4 3.Pf3 a6 4.e3 Lg4 5.Lxc4 e6 6.h3 Lh5 7.Pc3 Pc6 8.0–0 Pf6 9.De2 Lb4 10.Td1 0–0 11.Lb3 Lxc3 12.bxc3 Pe4 13.g4?!
Nogal een provocatieve zet. Hierna komt de witte koningsstelling open te liggen.
13…Lg6 14.Lb2 De7

 
15.c4?!
Nu komt zwart tot een gevaarlijk initiatief. 15.Pd2! lijkt noodzakelijk.
15…f5 16.Tf1 fxg4 17.hxg4 Tf7!
Goed gespeeld: hij versterkt zijn stelling door zijn toren op a8 mee te laten doen. Daarmee zet hij druk over de f-lijn, de lijn die wit verzwakt heeft met 13.g4.
18.d5?
Na deze zet gaat het hard. 18.Ph2 Dh4 19.f3 Pg5 is ook geen pretje, maar met 20.d5 mag hij misschien nog hopen op een wonder.

 
18…Taf8! 19.dxc6 Txf3 20.cxb7

 
20…Pg5!
Maakt veld e4 vrij voor de loper en dreigt het nodige met 21…Ph3+.
PB: Overigens won 20…Th3 ook.
21.Le5
21.Lc2, om de partijzet …Le4 eruit te halen, faalt op 21…Lxc2 22.Dxc2 Ph3+ 23.Kg2 Dh4 en zwart wint in de aanval. Aardig is nog wel 24.b8D Dxg4+ 25.Kh2 Pg5! met ondekbaar mat tot gevolg.
21…Le4
Nu komt deze loper ook nog in de aanval.
22.Lg3 Lxb7
Mijn engine vindt 22…Df6 substantieel beter maar dat maakt voor het resultaat geen verschil.
23.Tab1 Pe4 24.Lf4 Pc3 25.Dd2 Dh4

 
Opgegeven. De elegante dreiging 26…Dh1+! 27.Kxh1 Th3++ 28. Kg1 Th1# kan niet gepareerd worden.
 
De tweede grote kanshebber was ook een relatief rustig gebeuren, een echte ‘wurgpartij’ van grootmeester Loek van Wely uit de wedstrijd tussen Groninger Combinatie en Kennemer Combinatie.
 
Van Wely – Schippers
1.d4 Pf6 2.c4 g6 3.Pc3 Lg7 4.e4 d6 5.Pf3 0–0 6.Le2 e5 7.0–0 exd4 8.Pxd4 Te8 9.f3 Pc6 10.Le3 Pxd4 11.Lxd4 Le6 12.Dd2 c6 13.Tfd1 Dc7 14.Tac1 Tad8 15.Lf1 Db8 16.b3 Td7 17.Pe2 Ph5 18.g4 Lxd4+ 19.Dxd4 Pg7 20.Tc2 a6 21.Tcd2 Dd8 22.Df2 De7 23.h4 Tdd8
Grooten oppert hier het flexibelere 23…f6.
24.Pf4 Lc8 25.Lg2 h6 26.Dg3 b5 27.Kh2 bxc4 28.bxc4 Td7 29.Pe2
29.g5!? (Grooten) leidt tot pionwinst na 29…h5 30.Lh3 (30.Pe2! Pe6 31.Lh3 zou meer in de stijl zijn van deze partij) 30…Tb7 31.Lxc8 Txc8 32.Txd6 maar dat geeft zwart aardig tegenspel met 32…Tb2+ 33.T6d2 Txd2+ 34.Txd2 Db4.
29…Ted8 30.f4 Pe6

 
Grooten: “Goed of niet goed, maar je in laten snoeren met g4-g5 is nog erger, dus: 30…g5!?”
Er kan volgen: 31.fxg5 hxg5 32.h5 of 31.hxg5 hxg5 32.f5, beiden ook nogal onaangenaam voor zwart.
31.g5!
Ook sterk oogt 31.f5 Pc5 32.Pd4 Tc7 33.e5 Dxe5 34.Pxc6, maar Van Wely laat zijn tegenstander nog liever even lijden.
31…hxg5 32.hxg5 Pc5 33.Pd4 Lb7 34.Te1
Grooten: “34.Th1! is hier al winnend: 
a) 34…Pxe4? 35.Lxe4 Dxe4 36.Te1;
b) PB: mijn computer komt eerst nog met de onwaarschijnlijke verdediging 34…f5!? met de pointe 35.exf5?! 35…Pe4! 36.Lxe4 Dxe4 en nu gaat 37.f6 niet wegens 37…Th7+. Maar wit wint met het profylactische 35.Kg1!! fxe4 36.Lh3, bv. 36…Tc7 37.Tdh2 met winnende aanval;
c) 34…Kg7 35.Dc3 en zwart kan al bijna ophouden na 35…f6 36.Kg1! dreigt op f6 te nemen en een keer Th7+. 36…Th8 37.Txh8 Kxh8 38.Pb3! en het zaakje stort ineen.”
34…Df8 35.f5 d5
Nu houdt Schippers het ook niet meer uit.
36.fxg6 fxg6
36…dxc4!? 37.Pf5! Txd2 38.g7 met damewinst: 38…De8 39.Dh4
37.exd5 cxd5 38.Pe6 Pxe6 39.Txe6 Df7 40.Tf6 Dh7+ 41.Lh3 Tf7 42.Kg1!
Weer is het deze zet die de aanval inluidt.
42…Txf6 43.gxf6 Df7

 
44.Le6!
Elegant, maar in de woorden van Ree “een kleinigheidje” – zeker voor KingLoek.
44…Dxe6 45.Dxg6+ Kf8 46.Dg7+ Ke8 47.f7+ Kd7 48.f8P+ 1–0
 
Uit de wedstrijd Caïssa-Eenhoorn-Kennemer Combinatie 2 kwam de volgende partij, ingestuurd met commentaar door de witspeler, de wereldwijd bekende schaakjournalist Peter Doggers. Het was een huzarenstukje met een stukoffer voor een lange termijn-aanval en een paar elegante wendingen. Toch werd het geen prijswinnaar: “Wit wint mooi in de aanval, maar het zijn redelijk voor de hand liggende aanvalswendingen”, vond Grooten.
 
Doggers – In ‘t Veld
[commentaar Peter Doggers]
“1.e4 c5 2.Pf3 e6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pc6 5.Pc3 d6 6.Le2 Pf6 7.0–0 Le7 8.Le3 0–0 9.f4 Ld7 10.De1
Ik meende me te herinneren dat je dit ook kunt spelen als zwart niet …a7-a6 doet.
10…Pxd4 11.Lxd4 Lc6 12.Dg3 g6 13.Ld3?!
13.Lf3 is beter hier.
13…b5!?
Probeert te profiteren van het achterwege laten van …a7-a6. 13…Ph5! 14.De3 Pxf4 15.Dxf4 e5 16.Df2 exd4 17.Dxd4 Da5 is prima voor zwart.
14.Tae1
14.a3 a5 15.b4 d5 leek me niks.
14…b4 15.Pd1 d5
Mijn tegenstander zei dat hij wel steeds had gekeken naar 15…Ph5. Ook hier was het uitstekend geweest voor zwart na 16.Df3 Pxf4 17.Dxf4 e5 18.Lxe5 dxe5 19.Dxe5 Ld6 20.Df6 Dxf6 21.Txf6 Lc5+ 22.Kh1 Tac8.
16.e5 Pe4 17.De3 Da5 18.Pf2
18.Lxe4 dxe4 19.Pf2 is natuurlijk nooit goed en in deze stelling zelfs direct verliezend wegens 19…Lb5.

 
18…Pxf2
Noot: Ree gaf aan dat dit volgens hem het kritieke punt van de partij was, en dat deze zet de witte aanval vrij baan geeft. Grooten opperde 18…h5: “Na 19.Pxe4 dxe4 20.Lxe4 Lxe4 21.Dxe4 krijgt zwart de pion alweer terug: 21…Dxa2 22.Ta1 Dc4 en nu kan wit niet op a7 nemen.”
19.Txf2
Dit was mijn plan B, omdat je dan echt niet kunt slaan op a2, maar 19.Dxf2 Lb5 vond ik te vervlakkend.
19…Lb5
19…Dxa2? 20.f5
20.f5! exf5
20…Lxd3 21.f6 hebben we beiden niet serieus overwogen. Het faalt fraai: 21…Tfe8 22.fxe7 Lf5 (22…Lb5 23.Lc5) 23.Dg5 Dc7 24.g4 Le4 25.Txe4! dxe4 26.Txf7! Kxf7 27.Df6+ Kg8 28.Dxe6+ en zwart loopt mat.
21.Lxf5
Zo was 20.f5 een creatieve manier om de afruil van de witveldige lopers te voorkomen.
21…gxf5
Reeds hier was 21…b3 een goede kans. Wit doet natuurlijk 22.e6 (22.axb3 Lg5) 22…f6 (22…bxa2 23.exf7+ Txf7 24.Le6 en zwart is te laat) en analoog aan de partij is 23.a4! hier de zet. Ik heb geen tijd om heel diep te analyseren, maar een mooie computervariant is 23…Dxa4 24.cxb3 Db4 25.Lc3 Dxb3 26.Dh6 gxf5 27.Txf5 Ld3 28.Tg5+ Lg6 29.Txg6+ hxg6 30.Dxg6+ Kh8 31.Kh1!! met de dreiging 32.Dh5+ en 33.Te3.
22.Dh6
 

 
22…Kh8N
Tot mijn stomme verbazing blijkt dit alles een halve eeuw geleden al eens gespeeld te zijn in de partij Suslov-Vaskans, Riga 1965. Destijds deed zwart meteen 22…b3!? en dan is 23.Tc1! de nauwkeurigste, met winnende aanval.
23.Txf5 b3!
De beste kans.
24.e6+
Ook hier is 24.Tc1 de computersuggestie, met het oordeel +6.46.
24…f6 25.c3
Na het uitvoeren van de tekstzet zag ik opeens 25.Tef1 en dacht ik dat dat won in alle varianten. Ik overzag 25…Da4!, dus gelukkig maar…
25…Dd8!
Weer de beste. Eventjes bekroop me de gedachte dat ik wederom een goed opgezette partij aan het verpesten was…
26.Tf3!
Uitroepteken voor het mijzelf herpakken na een klein psychologisch tikje. Dat is niet mijn sterkste kant.
Het rustige 26.axb3 kan hier ook gewoon. Het lijkt onlogisch om 26…Ld3 27.Tf3 Lg6 toe te laten maar na 28.Tef1 gevolgd door h2-h4-h5 houdt zwart het ook niet droog.
26…Dc7
Taaier was 26…bxa2 27.Th3 Ld3 28.Txd3 Tg8 maar dan moet 29.Ta1 winnend voordeel zijn.

 
27.a4!!
De keren dat ik mezelf twee uitroeptekens heb gegeven in de afgelopen kwart eeuw zijn waarschijnlijk op een hand te tellen. Ik ben zeer tevreden over dit concept, waarmee ik eigenlijk voornamelijk …bxa2 in alle varianten eruit haal zonder een tempo te verliezen.
Ook hier was het prozaïsche 27.axb3 winnend, trouwens.
27…Lxa4 28.Tee3!
In combinatie met de vorige zet past dit precies. Het gaat erom dat de diagonaal g1-a7 iets minder open is…
28…Lb5
28…Lc5 29.Txf6! was de pointe. Zwart slaat even niet met schaak op d4.
29.Th3
Na 29.Tg3 Tg8 30.Lxf6+ Lxf6 31.Dxf6+ Tg7 32.e7 Tag8 zag ik het niet zo snel (we zaten inmiddels in lichte tijdnood) maar in de analyse vonden we het fraaie 33.Dxg7+! en mat in drie.
29…Ld3
29…Lc5 30.e7
30.Txd3
Omdat ik het idee eerder had afgewezen kwam 30.Thg3! Tg8 31.Lxf6+ Lxf6 32.Dxf6+ Tg7 33.e7 hier ook niet in me op.
30…Lc5
De rest is power play. Met nog ongeveer een minuut voor hem en twee voor mij (plus increment) was dit niet moeilijk.
31.Lxc5 Dxc5+ 32.Td4 De7 33.Txd5 Tad8 34.c4 Txd5 35.cxd5 Dc5+ 36.Kh1 De7 37.d6 Td8 38.d7 Tg8 39.Dxh7+ Dxh7 40.e7 1-0

 
Een partij als deze kunnen bekronen met zo’n slotstelling is natuurlijk extra mooi. Ik ben elke dag met schaken bezig en zie alle topwedstrijden, maar het is lang geleden dat ik zo veel plezier heb gehad aan een van mijn eigen partijen.”
 
Het duel tussen Wouter Spoelman en Jan Werle (Groninger-Kennemer Combinaties) was hevig en spectaculair. Zwart wist zijn ‘Hollandse’ pion op f3 te krijgen en dan is het al bijna mat. Dus moest Spoelman een stuk geven. Maar daarmee begon de strijd eigenlijk pas, en die bleef onbeslist tot de allerlaatste zet.
 
Spoelman – Werle
1.c4 f5 2.g3 Pf6 3.Lg2 g6 4.Pf3 Lg7 5.0–0 0–0 6.Pc3 d6 7.d3 e5 8.Tb1 a5 9.a3 h6 10.b4 axb4 11.axb4 g5 12.Lb2 De8 13.Pd2 Pc6 14.b5 Pd4 15.e3 Pe6 16.Dc2 f4

 
17.Pde4
Hier ligt mogelijk de oorzaak van de latere witte problemen. Een interessant alternatief was aanvallen door het centrum met 17.Tbe1 Dh5 18.Pd5 Pxd5 19.Lxd5 Kh8 20.d4!.
17…Pxe4 18.Lxe4 Pc5 19.Ld5+ Kh8 20.Pe4 Pxe4 21.Lxe4 f3 22.Ta1 Tb8

 
23.c5?!
Grooten geeft als betere verdediging 23.Ta7 Lh3 24.Tfa1 Dc8 25.d4 Lg2 26.dxe5 Dh3 27.Dd3! “en op 27…Lh1 kan dan altijd 28.Df1 volgen met herhaling van zetten.”
23…d5!
Wint een stuk, maar er komt wel compensatie.
24.Lxd5 Dd7 25.Db3 Dh3 26.Lxf3 Txf3 27.Dd5

 
27…Lg4
Grooten: “Beter was 27…Df5! om in elk geval pion e5 niet zomaar prijs te geven.” Wit kan dan wel 28.Dd8+ Df8 29.Dxc7 spelen, maar na 29…Lh3 30.Lxe5 Lxe5 31.Dxe5+ Kg8 32.Dd5+ Kg7 33.De5+ Kg6 34.De4+ Kh5 komt hij zelfs een toren achter – wel tegen vier pionnen.
28.Lxe5 Tf5 29.Lxg7+ Kxg7 30.Dd4+ Kg6 31.f4
Verhindert weer 31…Lf3, en is wit nu eindelijk van die loperdreigingen af?
31…gxf4 32.exf4 Tff8
Grooten: “32…Th5 33.De4+ Lf5 34.De2 Ld7 en zwart heeft nog altijd voordeel.”
33.Tae1 Tbd8
Mogelijk tijdnood. 33…Tbe8 was nog iets beter.
34.De4+ Lf5 35.Dxb7 Txd3 36.Dc6+ Kh5 37.Te5 Tg8 38.Te2 Tg6 39.Da8 c6!

 
Een zeer venijnig zetje vlak voor de tijdnoodcontrole.
40.Da2?
En het werkt! De enige zet was 40.De8!= Ld7 41.Te5+ Lf5 42.Te2 (42.Txf5+ Dxf5 43.De2+ Tg4 44.De8+ en zwart kan het eeuwig schaak niet ontwijken: 44…Tg6 (44…Dg6?? 45.De5+) 45.De2+) 42…cxb5 43.Tg2! en wit dreigt 44.g4+ Lxg4 45.f5.
40…Le4!
En Spoelman gaf onmiddellijk op. Wat wit ook antwoordt, een torenoffer op g3 beslist!
 
De wedstrijd En Passant-MuConsult Apeldoorn kende een aantal spectaculaire partijen. De volgende was voor alles een curiosum. Vier dames zetten het bord in vuur en vlam, maar het was van korte duur: wit stond al slecht en ging snel in vlammen neer.
 
Henk Vedder – Hachijan
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.c3 Pf6 4.Ld3 Pc6 5.Lc2 Lg4 6.h3 Lh5 7.d3 e6 8.Pbd2 d5 9.De2 Le7 10.g4 Lg6

 
Deze stelling is een aantal malen voorgekomen. Wit scoort hier waanzinnig met 11.Ph4, in 2003 won bijvoorbeeld Akopian daarmee een partij tegen specialist Gelfand. Friso Nijboer herinnerde zich een partij uit de Olympiade in Turijn waarin hij Zahar Efimenko versloeg met 11.Pf1, gevolgd door lange rokade. Overigens had zwart daar …Dc7 gespeeld in plaats van eerst …Le7 en daarna …Ld6, maar voor het thema maakt dat niet veel uit.
11.Ph2
Dit oogt te passief. “Wit zet zijn paarden nogal ongelukkig neer en wordt daarvoor hard gestraft”,  schrijft Grooten.
11…Dc7 12.Pdf1 0–0–0 13.Pg3
Dit is wits idee, maar zwart is al klaar om de witte koningsvleugel aan te tasten. Ik wilde ‘aan te pakken’ schrijven, maar die term wordt door ons kabinet te vaak gebruikt, en dan betekent het ‘aankijken en loslaten’. Dat is niet de ‘aanpak’ van Hachijan.
13…Ld6 14.Phf1

 
14…h5 15.g5 h4 16.gxf6 hxg3
In de wekelijkse nieuwsbrief van de Schaakacademie Apeldoorn schrijft Hachijan dat hij eerst 16…gxf6 van plan was. Na 17.exd5 exd5 (17…hxg3 18.dxc6 g2 19.cxb7+ Dxb7 20.Tg1 Txh3! is ook mogelijk, maar Armen had na 21.Pg3 Th1! gemist) 18.Dg4+ Kb8 19.Pe2 breekt zwart door met 19…c4. Iets rommeliger dan de partij, en geen vier dames!
17.fxg7 g2 18.gxh8D gxh1D

 
Een curieuze stelling, met vier dames. Meestal gaan er dan snel twee af, hier blijft de schade beperkt tot één… Wit is te slecht ontwikkeld en gaat snel ten onder in de aanval.
19.Dh6
Met 19.Df6 kon wit veld f3 nog een keer dekken, maar dat is slechts kortstondig na 19…dxe4 20.dxe4 Pe5 gevolgd door …Le7.
19…Pe5 20.exd5
Op 20.f4 had de Apeldoorner 20…Lf8! gepland, weer gevolgd door het dodelijke paardschaak op f3.
20…c4! 21.d4
21.dxc4 Lxc2 22.Dxc2 Dxc4 23.De2 Pf3+ 24.Kd1 Dxf1+ (Hachijan)
21…Ld3 22.Lxd3 cxd3

 
Na dit intermezzo is de dreiging 23…Pf3+ helemaal dodelijk, dus wit moet zijn eerste dame geven.
23.Dxe5 Lxe5 24.dxe5 Dxe5+ 25.De3 Txd5 26.c4 Df3 27.Pg3 Dexe3+ 28.Lxe3 Te5 0–1
 
Dan was er nog de volgende Siciliaanse partij, uit de wedstrijd Pathena Rotterdam-SISSA. Vakkundig afgemaakt door de lager gerate Renze Rietveld, maar het ging al heel vroeg mis in de Taimanov van de doorgaans zo solide Martin Martens. Het slotakkoord laten we zien:
 
Rietveld – Martens

 
Met zo’n koning op e7 is het eigenlijk wonderlijk dat zwart het nog tien zetten volhoudt.
22.Pd5+! Lxd5 23.exd5 Pf5 24.Pxf5+ gxf5 25.Txf5 Db7

 
26.g6!
De loper knoopt het matnet dicht.
26…Db5 27.Tf7+ Ke8 28.Dg4 Le7

 
29.Txe7+ Kxe7 30.Lg5+ Kf8 31.Df5+ Kg7 32.Df7#