Door Peter Boel
 
Veel schakers hadden zin in de zesde KNSB-ronde na de lange gedwongen pauze, maar het leverde helaas slechts twee kandidaten op voor de New In Chess schoonheidsprijs. Die waren echter beide zeer de moeite waard. HMC-er Mischa Senders verraste grootmeester Casper Schoppen met een offercombinatie die uit het niets leek te komen. Maar Zyon Kollen kreeg de meeste waardering van juryleden Hans Ree en Herman Grooten, omdat zijn winst op Henk Vedder meer een ‘partij uit één stuk’ was… en ja, de inleidende 17e zet tot het vuurwerk was onverwacht en fraai. De Charlois-speler won er het New In Chess-boek 100 Endgame Patterns You Must Know van Jesus de la Villa mee – over een partijfase waaraan de meeste schoonheidsprijswinnaars niet toekomen…
Kollen-Vedder was eigenlijk een partij van twee zetten, schreef Grooten. Maar wat voor twee!
Zyon Kollen – Henk Vedder
Charlois Europoort-En Passant (6)
1.e4 e6 2.d4 d5 3.Pc3 Lb4 4.e5 Pe7 5.a3 Lxc3+ 6.bxc3 b6 7.Dg4

7…Pg6
Deze zet is verreweg het populairst en wordt door vele sterke grootmeesters gespeeld, maar na wits volgende zet is zijn score relatief hoog.
8.h4 h5 9.Dg3 La6
Dit is natuurlijk het idee: zwart moet het dodelijke 10.Ld3 verhinderen en probeert zijn ‘slechte’ loper af te ruilen.
10.Pe2
Quod non. Maar 10.Lxa6 Pxa6 11.Pe2 ziet er hier wel goed uit en wordt ook het meest gespeeld. Wit heeft het simpele plan Lg5 (dekt h4 en verhindert zwarts lange rokade), korte rokade en oprukken met de f-pion.
10…Kf8

11.a4?!
De engine geeft weer 11.Lg5 en na 11…De8 rukt wit op met f2-f4, terwijl hij na 11…Dd7 (dekt f5) met 12.De3! de opstoot …c7-c5 tegenhoudt. In dit stadium lijkt c8 dus het beste veld voor de dame! Na de tekstzet was voor zwart de slimme zet 11…Kg8! het beste, waarna de koning iets veiliger staat en wit kleur moet bekennen, waarna zwart weer het juiste veld voor zijn dame kan kiezen.
11…Dd7? 12.a5 Pe7
Nog steeds heeft zwart geen comfortabele manier om zijn stukken te ontwikkelen, maar nu kan het witte paard naar f4 en wordt h5 een doelwit.
13.Dg5! c5 14.axb6 axb6 15.Pf4

15…g6?!
Laat wat gaten vallen. Hij moest de pion geven met 15…Db7 16.Pxh5 Tg8 17.Lxa6 Txa6 en nu staat wit duidelijk beter na 18.Tb1!, maar kan het nog een heel gevecht worden.
16.Df6 Tg8

17.Lb5!!
Een knaller! En dit is de zet die Kollen de schoonheidsprijs bezorgt.
17…Pec6
17…Dxb5 verliest de dame na 18.Pxe6+ Ke8 19.Pc7+, en na 17…Dc8 18.Pxe6+ Dxe6 brengt 19.Lh6+ een fraai mat op het bord: 19…Tg7 20.Dxg7#.
18.Pxg6+!
Ook heel elegant.
18…Txg6 19.Dh8+ Ke7
Na 19…Tg8 wint 20.Lh6+ beslissend materiaal: de loper op a6 staat nog steeds gepend.
20.Lg5+ Txg5
20…f6 21.Lxf6+ Kf7 22.Dh7+.
21.Df6+ Ke8 22.hxg5 De7 23.Txh5

Het witte initiatief blijft beslissend.
23…cxd4
Na 23…Dxf6 creëert wit met 24.exf6! een vrijpion die samen met de sterke h-toren de strijd beslist. Enkele varianten van Grooten: 24…Kd7 25.Th8 Lb7 (25…Lxb5 26.Txa8 Kc7 27.g6 fxg6 28.Thxb8 Pxb8 29.Txb8 Kxb8 30.f7) 26.Txa8 Lxa8 27.g6 of 27.Txb8, en wit wint.
24.Th8+ Kd7 25.Lxc6+
En opgegeven. Vanwege alle penningen en overbelastingen kan zwart het stuk niet goed terugnemen.
 
In het met invallers bezaaide treffen tussen Den Bosch en Leiden leek Mischa Senders met zijn zeer bedaarde begin (1.a3) Casper Schoppen wel een beetje in slaap te sussen. Toen op zet 32 het ‘gooi- en smijtwerk’ (Grooten) begon, stond de zwarte stelling na een kleine onoplettendheid in lichterlaaie.
Mischa Senders – Casper Schoppen
HMC Den Bosch-LSG Intellimagic (6)
1.a3
De witspeler heeft duidelijk geen zin in een theoretische discussie met de theoretisch goed onderlegde grootmeester. De zet is een eerbetoon aan Adolf Anderssen, de naamgever van deze opening. “Dat bevalt me wel,” merkte Ree op.
1…Pf6 2.c4 e6 3.Pf3 d5 4.e3 Le7 5.b4 0–0 6.Lb2 a5
Dat kon ook op zet 1.
7.b5 c5
Als er nog ‘theoretici’ opletten hier: we zijn overgegaan naar een Orang-Oetan vanwege de witzet 5.b4.
8.Le2 b6 9.0–0 Lb7 10.d3 Pbd7 11.Pc3 Dc7

12.Pa4
Dit oogt wat krom. Een minder creatieve geest (of een engine) zou hier 12.Dc2 spelen, misschien nog even h2-h3, de a-toren naar d1. Zwart kon nu op c4 slaan en dan Tad8 spelen, gevolgd door …Pe4 om zijn stukken te bevrijden – misschien tussendoor nog …Ld6 en h2-h3.
12…Tfd8 13.Dc2 Pe8 14.Tac1 Tac8 15.Tfd1
Misschien hadden de torens beter gestaan op d1 en e1.
15…Db8 16.Db1 La8
Als zwart zich dan zo opstelde, schreef Ree, die zich ook wel eens aan de Orang-Oetan heeft bezondigd, “dacht ik wel eens: wat moet je eigenlijk doen met wit als de tegenstander niets doet? Overbodige zorgen, want er gebeurt altijd wel wat.”
17.Da1
Met deze opstelling van de torens had wit wel 17.cxd5 exd5 18.d4 kunnen proberen, bijvoorbeeld 18…c4 19.Pe5 en het paard kan mooi terug naar c3.
17…Lf6 18.h3 h6 19.Lc3?! Lxc3 20.Dxc3

20…d4!?
Met deze kleine combinatie pakt zwart een ruimtevoordeeltje.
21.exd4 Lxf3 22.Lxf3 cxd4 23.Dd2
23.Dxd4? Pc5 is de pointe.
23…Pc5 24.Pxc5 Txc5 25.Te1 Pf6
Zwart heeft alles aardig vastgelegd en heeft een prettig overwicht in het centrum. Wit had hier nog een ‘stoorzender’ in het vijandelijke territorium kunnen plaatsen met 26.Lc6.
26.Te2 Pd7 27.Tce1 Dd6 28.Lg4 Tcc8
Ook op 28…Pe5 had wit volgens Grooten goed 29.f4 kunnen spelen: “De kansen lijken me in evenwicht.” Hij had echter de c-toren liever op c7 gezet, niet op de loperdiagonaal. Zie ook zwarts 32ste zet!

29.f4!?
Wit komt in actie. Hij offert de pion op a3, waardoor de zo rustige partij ineens een heel ander karakter krijgt, vlak voor de tijdnoodfase. Psychologisch wel slim, want Schoppen is in het vervolg niet alert.
29…Dxa3 30.f5 exf5 31.Lxf5 Dd6 32.Te7 Tc7?!
Een verzwakking van de onderste rij die een fraaie combinatie mogelijk maakt. Zwart had 32…Ta8 of 32…Tb8 moeten spelen.

33.c5!
Esthetisch zeer verantwoord. En ineens heeft zwart grote problemen!
33…bxc5
De andere manieren van slaan verliezen onmiddellijk: 33…Pxc5 34.Te8+ of 33…Txc5 34.Txd7 Txd7 35.Te8+.
34.Dxa5?!
Dit ziet er logisch uit, maar door de overbelasting van de – eigenlijk alle! – zwarte stukken blijkt er een fraaie thematische zet in te zitten die alles uit zijn voegen trekt: 34.b6! Tb7 (34…Dxb6 35.Df4! verliest ook) 35.Df2! en er dreigen onaangenaamheden op f7: 35…Tf8 36.Df3! en zwart kan niet alles gedekt houden en verliest.
34…g6?!
Hier was beslist 34…Tf8! nodig, wat de stelling nog wel houdt, maar, aldus Grooten, “die doe je natuurlijk ook niet graag.”

35.Lxg6!
Een sterk offer en ook de enige goede zet. Na 35.Da2 heeft zwart 35…c4! en nu heeft 36.Lxg6 geen zin omdat de dame de toren op c7 niet meer aanvalt – een heel belangrijke pointe van de witte aanval, zoals nog zal blijken.
35…fxg6
Grooten: “Vanaf nu speelt wit (als we Stockfish moeten geloven) niet altijd de optimale zet, maar hij blijft ruim binnen de winstmarge.”
36.T1e6 Df4 37.Txg6+ Kf8
37…Kh8 38.Te4 Dc1+ 39.Kh2 Tdc8 40.Da6+– en de witte dame grijpt beslissend in vanaf de andere kant.

38.Te1
38.Te4 Dc1+ 39.Kh2 was ook hier het sterkst. Maar de tekstzet is heel begrijpelijk omdat wit de dame vangt (die de toren op c7 niet mag loslaten).
38…Pe5 39.Tf1 Dxf1+ 40.Kxf1 Tf7+ 41.Kg1
En nu hangt ook die op d8 nog.
41…Te8 42.Txh6 Kg7 43.Dd2 Tf5 44.Ta6 Pf7 45.Ta7
45.b6 Tb8 46.De1 Kf8 47.Dg3+– .
45…Te6 46.Ta6 Te8 47.Ta1 Tb8 48.Da5 Tf6 49.Tf1 Tfb6 50.Da7 T8b7 51.Da2 Txb5
De mooie b-pion is hij kwijtgeraakt, maar Senders verlegt de strijd nu bliksemsnel naar de koningsvleugel – het voordeel van de dame.
52.De6 Kf8 53.h4 Te7 54.Dh6+ Kg8 55.Dg6+ Kf8 56.h5 1-0