Door Peter Boel
 
De competitie is in stijl geopend: de eerste schoonheidsprijs is gewonnen door ons aller publiekslieveling Manuel Bosboom. Een originele openingsvoering, een gewaagd kwaliteitsoffer, een in de praktijk onhoudbaar eindspel voor wit – en de concurrentie had het nakijken. Die concurrentie kwam voor een flink deel uit dezelfde wedstrijd: Pathena Rotterdam-En Passant. Naar Bosboom gaat het boek The Complete Manual of Positional Chess vol. 2, van Konstantin Sakaev en Konstantin Landa. New In Chess biedt dit boek met plezier aan, maar we hopen natuurlijk dat Manuel’s spel er niet te positioneel van wordt!
 
Het kwaliteitsoffer werd door jurylid Herman Grooten “moedig, maar misschien niet helemaal correct” genoemd. Dat lijkt me ook een adequate omschrijving van Manuel’s schaak- en levensstijl.
 
Van Ruitenburg – Bosboom
1.d4 Pf6 2.Lg5 c5 3.Lxf6 gxf6 4.d5 f5 5.c3 d6 6.Pd2 Pd7 7.e4 a6
Bosboom zegt A: hij gunt zijn tegenstander een pionnetje voor vrij stukkenspel.
8.exf5 Pf6 9.Df3 Lh6 10.Pe4 Pxe4 11.Dxe4 Db6 12.Tb1 Ld7 13.f6

 
13…0–0–0
En dat is B! Helemaal onderaan dit verslag zullen we zien dat twee dames ook niet alles is, en bovendien op e7 ben je nog net geen dame, als pion zijnde.
14.fxe7 Tde8 15.Pf3 f5
15…Txe7 kon, nu en op de volgende zet, maar Bosboom wil geen dame tegen twee torens overhouden.
16.Dh4 Lf8 17.Le2 Lxe7 18.Dh5 Lf6 19.Pd2

 
19…Txe2+?!
En daar hebben we C alweer! Zwart had ook aardig spel gehad na 19…Db5 20.Kf1 Da4.
20.Kxe2 Te8+ 21.Kd1
Stockfish geeft 21.Kf3!?. Om de witte torens te verbinden zeker.
21…Da5 22.Te1 Da4+ 23.b3 Txe1+ 24.Kxe1 Dxa2 25.c4?!
Met 25.Df3 kon wit de loper buiten de deur houden.
25…Lc3! 26.Td1 Dxb3 27.Kf1?
Deze zet geeft een cruciale pion weg, die wit had moeten dekken.
Na 27.De2 was Van Ruitenburg mogelijk bevreesd voor 27…La4 . Er kan volgen: 28.De6+ Kc7 29.De7+ Ld7 30.De2 en nu zet zwart zijn b-pion door, maar het vervelendst is eerst 30…Da2! omdat na 31.Kf1 b5 wit niet kan slaan vanwege de penning. Het kwaliteitsverschil is niet voelbaar, zwart heeft de overhand. Maar nu gaan we meteen een eindspel in waarin de zwarte pionnen heel hard gaan.
27…Lxd2 28.Txd2 Dxc4+ 29.De2 Dxe2+
Nog iets handiger was 29…Lb5!.
30.Kxe2 b5 31.h3
Wat taaier was 31.Kd1 om met de toren over de e-lijn of de derde rij tegenspel te zoeken, maar er lijkt toch geen houden meer aan.
31…a5 32.Kd3 a4 33.f4 Kc7 34.Te2 a3 35.Kc3 b4+ 36.Kb3 Kb6 37.Te7 Lb5 38.Te6

 
38…Ld3 39.Txd6+ Kb5 40.Td7 c4+ 41.Ka2 c3 42.Kb3 Lc4+ 43.Kc2 a2 44.Ta7 Lxd5 45.g4 Kc4 46.Ta4 Le4+ 47.Kc1 Kb3 48.Ta6 Lc6 49.gxf5 La4 50.f6 a1D#
 
De volgende partij, uit het treffen MuConsult Apeldoorn-BSG, was een goede tweede. Er zit een aantal mooie momenten in deze matchwinnende partij, maar de hobbel op zet 25 vonden juryleden Grooten en Hans Ree net te groot.
 
De Groote – Hachijan
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.Le3 e6 7.f3 b5 8.Dd2 Pbd7 9.0–0–0 Pb6 10.Df2 Pfd7 11.Kb1 Lb7 12.g4 Tc8 13.Pce2 Dc7 14.Pg3 d5 15.e5 Pc4 16.Lxc4 dxc4 17.The1 Lb4 18.c3 Le7

 
In een niet al te bekende Najdorf-Siciliaan (Engelse aanval, Svidler deed tegen Polgar ooit 15…Dxe5) komt De Groote met een lumineus idee:
19.Pgf5! Lf8
Grooten zocht uit wat er gebeurt als zwart aanneemt: 19…exf5 20.Pxf5 Pc5 (20…Lf8? 21.Lh6!! gxh6 22.Pd6+ Kd8 23.Dh4+ Le7 24.Pxf7+ Ke8 25.Dh5+–; 20…Kf8 21.Ld4+– met de dreiging e5-e6) 21.Pxg7+ Kf8 22.Lh6+–;
Of 19…Kf8 20.Pxe7 Kxe7 21.Pf5+! exf5 22.gxf5+–.
20.Lf4?!
Volgens Grooten moest wit hier doortasten met 20.Pd6+! Lxd6 21.exd6 Dxd6 22.Pf5+– .
20…Pc5?!
20…Db6
21.Pd6+ Lxd6 22.exd6 Dd7 23.Pf5 0–0 24.Pe7+ Kh8

 
25.Pxc8?
25.Te5! Pa4 26.Th5 met de dreiging 27.Txh7+ en een Anastasia-mat was meteen beslissend.
25…Txc8 26.De3 a5 27.Le5 Pd3 28.Dd4?!
Hier gaf Grooten 28.Txd3 cxd3 29.g5 als sterker aan; wit controleert de stelling.
28…f6!

 
29.Lxf6! Pxe1
Nog een interessant moment. Op de ‘echozet’ 29…Lxf3 geeft mijn computer het niet onaardige 30.Tc1!? (30.Le7 Lxd1 31.Txd1 e5 32.Db6 Dxg4 geeft zwart genoeg tegenspel) 30…Pxe1 (30…b4?! 31.Te3) 31.Txe1 gxf6 32.Dxf6+ Kg8 33.Dxf3 Dxd6 maar wit heeft hier nog maar een klein voordeeltje.
De loper slaan gaat niet goed: 29…gxf6 30.Dxf6+ Dg7 (30…Kg8? 31.Txd3 cxd3? 32.Te5 met mataanval. De Carlsen-achtige verdediging 32…Tc5 33.Txc5 Ld5 (de wereldkampioen leidde in het Leuven blitz tegen Vachier-Lagrave een beslissende aanval in met 25.Ke2 en 26.Th1! gevolgd door 27.Kf1 en Tg1) is ook onvoldoende: 34.Dg5+ Kf8 35.Tc7 enz.) 31.Dxe6! Td8 (31…Pxe1 32.d7 Td8 33.De8+ Dg8 34.Dxe1 Df8 35.De5+ Kg8 36.Td4 is onhoudbaar voor zwart, bv. 36…Dg7 37.Dc7) 32.De8+ Df8 33.Dxf8+ Txf8 34.Te7 en wit wint.
30.Txe1 Tf8 31.Le5 Lxf3 32.h4
Wit staat hier nog wat beter en won uiteindelijk het eindspel.
 
Vervolgens nog twee kandidaten, beide uit dezelfde wedstrijd als Van Ruitenburg-Bosboom – Pathena Rotterdam-En Passant! Eerst een lange-termijn stukoffer van Rini Kuijf, die volgens het grote Hut-onderzoek op weg is om als eerste de score van 200 volle punten te behalen in de Hoofd-/Meesterklasse. Er gingen een paar fouten van Jan Willem van de Griendt aan vooraf.
 
Van de Griendt – Kuijf

 
18.b4?!
Wit raakt met deze te ambitieuze zet de grip op de stelling kwijt, die hij met 18.Lxa7 Txa7 19.Dc3 had kunnen vasthouden. Na 19…Te8 kan 20.f4, maar ook 20.Tfd1 omdat zwart niet mag slaan vanwege een vorkje.
18…Lxd4 19.exd4 axb4 20.axb4 Txa1 21.Dxa1 Dxb4 22.h4 Dd2!? 23.Td1?
23.hxg5 Dxd3 24.Kf2 had de boel nog aardig bij elkaar gehouden. Zwart kan dan het beste met 24…f4 de pion terugofferen om zijn loper wakker te maken.
23…De3+ 24.Kh2?
Een fout in lastige stelling. Na 24.Kf1 is 24…Pe4! erg sterk.

 
Na 24…Pe6 staat zwart ook uitstekend, maar Kuijf laat zich dit buitenkansje niet ontgaan:
24…Pxf3+! 25.gxf3 Df2+ 26.Kh1 Dxf3+ 27.Kg1 f4
Nu komt de loper erbij, en de witte hulptroepen staan elkaar alleen maar te dekken.
28.Da5 Dg4+ 29.Kf1 Tf8 30.Ke1 f3 31.Pc1 f2+
31…Dg2! was meteen uit, maar het doet er weinig toe.
32.Kd2 Dxd4 33.Dc3 Dxh4 34.Lf1 Lg4 35.Pe2 Tf3 36.Dd4 Dg5+ 37.Kc2 Te3 38.Td2 Df5+ 39.Kd1
De matzet 39…Db1# ontbrak op het scoreformulier. Maar ook dat doet er weinig toe.
 
Er waren ook meerdere mooie fases in de volgende partij. Ree vroeg zich af of 13…Pg6 een bewust stukoffer was, maar de truc waarmee dat gebeurt blijft grappig. “Nijboer maakt het mooi en krachtig af”, aldus Ree.
 
Nijboer – Blees
 

 
12…Tg8?!
Een tikje nonchalant. Zwart had wat nu komt kunnen verhinderen met 12…c5!?.
13.Lb4 Pg6 14.Ld6!?
Verovert op originele wijze een stuk, maar daarmee is het nog lang niet gedaan.
14…Lxd6 15.exd6 Dxd6 16.g4 Lxg4
Met zijn 14de zet won wit het beslissende tempo voor deze lopervangst op klaarlichte dag. 16…Le4 17.f3 f5 18.fxe4 fxe4 lijkt zwart echter meer compensatie te bieden dan wat Blees doet.
17.Lxg4 Pf6 18.Pc5 h5 19.Le2 Tb8 20.Ta3 b6 21.axb6 axb6 22.Pcd3 c5 23.dxc5?!
23.Ta7
23…bxc5 24.c4 Kf8 25.Dc1 d4 26.Kh1 Ph4

 
Blees heeft er nog iets van weten te maken, zo lijkt het.
27.Pg2!?
Nu krijgt zwart tegenspel op h2. Solider was 27.Tg1! omdat wit na 27…Dc6+ 28.f3 g4 kan stutten met 29.Df4 of, nog sterker, 29.Pe5! en 30.P1d3.
27…Pf5 28.Ta5!? Pg4 29.Lxg4 hxg4
De h-lijn is geopend voor de toren, dus nu moet wit op zijn tellen passen.
30.De1! f6 31.Pxc5!
Nijboer lost het probleem tactisch op.
31…Th8
Na 31…e5 32.Ta6! Dxc5 33.Txf6+ Ke7 34.Txf5 is het snel beslist.
32.Pxe6+

 
32…Kf7?
Taaier was 32…Kg8, waarna wit het beste voortzet met 33.f4! gxf3 34.Pgf4 Dc6 (34…gxf4 35.Txf5 Txb2 36.Tg1+ is het niet voor zwart) 35.Tc5 Da8 36.Kg1 en na 36…Pe3 37.Pxg5! fxg5 38.Txg5+ Kf7 39.Pd5 is het de zwarte koning die mat loopt, niet de witte.
33.Pxg5+!
Hetzelfde motief: Pf5 hangt.
33…Kg6 34.f4! gxf3
Of 34…fxg5 35.Txf5! Kxf5 36.c5! Dd5 37.fxg5+ Kxg5 38.De7+ – de pointe van 36.c5, dit schaak wint.
35.Pxf3 Pg3+ 36.Kg1 Pxf1
Dit lijkt nog taai, maar nu wordt de zwarte koning het slachtoffer van een snelle overval:
37.De4+ Kf7 38.Ta7+ Kf8 39.Dg6 1–0
 
De volgende partij, uit de wedstrijd Wijker Toren-LSG 3 in de tweede klasse C, werd ingezonden door de witspeler uit Leiden. Grooten noemde de vondst 17.Ta2! elegant en het matbeeld aan het slot fraai. Maar het predikaat schoonheidsprijs ging aan Van Dorp voorbij omdat het hem toch iets te makkelijk was gemaakt.
 
Quirinius van Dorp – Rick Duiker
1.e4 e6 2.d4 d5 3.Pc3 Lb4 4.e5 c5 5.a3 Lxc3+ 6.bxc3 Pe7 7.h4 Ld7 8.h5 h6 9.Dg4 La4?!

 
9…La4?!
Een nieuwtje dat het waarschijnlijk niet gaat halen. Hij kon de g-pion dekken met 9…Pf5 of ook op zijn Winawers doordoen met 9…Dc7 of 9…Da5, wat allemaal al eens gespeeld is.
10.Dxg7 Tg8 11.Dxh6 Lxc2 12.Dd2 Lh7 13.Ld3 Le4 14.f3 Lxd3
Zwart permitteert zich het verlies van vele tempi om een eenzame toren op avontuur te sturen – dat kan niet lang goed gaan.
15.Dxd3 Txg2 16.h6 Pf5

 
17.Ta2!
Maar dit is de zet die de partij aantrekkelijk maakt. Niet zo goed was 17.h7? Txg1+! 18.Txg1 Dh4+ 19.Kd1 Dxh7 hoewel zwart ook niet te benijden is na 20.Db5+ Pd7 21.Ta2 en Tag2.
17…Tg8
17…Txa2 verliest natuurlijk na 18.h7, en 17…Txg1+? 18.Txg1 Dh4+ 19.Tf2 Pxh6 is nu niet mogelijk vanwege 20.Dh7 met onmiddellijke winst.
18.h7 Txg1+
Het zwarte heen-en-weer is niet gespeend van originaliteit, maar goed kan het niet zijn.
19.Txg1 Dh4+ 20.Tf2 Dxh7 21.Lf4
Dreigt 22.Th2.
21…Dh4
(Heen) en weer!
22.Tg8+ Kd7 23.Db5+ Kc7 24.Lg5 Dh7

 
Geeft zwart de gelegenheid tot een aantrekkelijk mat in vier.
25.Tc8+! Kxc8 26.De8+ Kc7 27.Ld8+ Kc8 28.Lb6#
 
 
Tenslotte willen wij u het volgende plaatje niet onthouden. Benjamin Bok deed tegen Lubomir Ftacnik in die toch al zo schoonheidsrijke wedstrijd Pathena Rotterdam-En Passant op de 20ste zet …Tf8-d8!? en creëerde daarmee de volgende stelling:

 
Volgens mijn collega René Olthof gaat deze dubbele torenaanval getooid met de naam Gripe-thema, en hij gaf daarbij het volgende voorbeeld:

 
Wit aan zet wint hier met 1.Te2!. Dit voorbeeld is zuiverder en symmetrischer dan Ftacnik-Bok, maar toch kwam die dicht in de buurt!
 
 
Partijen naspelen in de viewer