Door Peter Boel

De tuinman en de dood

Een Perzisch Edelman:

Van morgen ijlt mijn tuinman, wit van schrik,

Mijn woning in: “Heer, Heer, één ogenblik!

Ginds, in de rooshof, snoeide ik loot na loot,

Toen keek ik achter mij. Daar stond de Dood.

Ik schrok, en haastte mij langs de andere kant,

Maar zag nog juist de dreiging van zijn hand.

Meester, uw paard, en laat mij spoorslags gaan,

Voor de avond nog bereik ik Ispahaan!” –

Van middag (lang reeds was hij heengespoed)

Heb ik in ’t cederpark de Dood ontmoet.

“Waarom,” zo vraag ik, want hij wacht en zwijgt,

“Hebt gij van morgen vroeg mijn knecht gedreigd?”

Glimlachend antwoordt hij: “Geen dreiging was ’t,

Waarvoor uw tuinman vlood. Ik was verrast,

Toen ‘k ’s morgens hier nog stil aan ’t werk zag staan,

Die ‘k ’s avonds halen moest in Ispahaan.”

Damevangst

Aan dit gedicht van Pieter Nicolaas van Eyck moest jurylid Hans Ree denken toen hij het lot zag dat de dame van Helmut Cardon trof in zijn partij met Daniel Fridman uit de eerste KNSB-ronde. De verrassende damevangst, en wat daaraan wel én niet voorafging, leverde Fridman de New In Chess schoonheidsprijs op: het boek The Agile London System van Alfonso Romero Holmes en Oscar de Prado Rodriguez.

Studie

Over Cardon – Fridman schreef Ree: “Fridman speelt duidelijk op winst en laat zich niet verleiden tot 22…Lxh3, wat tot remise had geleid. Later was er weer zo’n moment toen hij 26…Pg6 speelde en er ook het interessante 26…Txe3 was. Dat zou waarschijnlijk tot remise door eeuwig schaak hebben geleid (…) Wel grappig hoe het dameverlies dat wit op de koningsvleugel vermeed, vervolgens op de damevleugel kwam.” En dat deed Ree denken aan het hierboven geciteerde gedicht. “Het mooie van de partij zit er dus volgens mij enerzijds in dat Fridman niet de ‘mooie’ zetten 22…Lxh3 en 26…Txe3 deed, en anderzijds in de echo, twee manieren om de dame te verliezen, wat me een beetje aan een studie deed denken.”

Redelijk verrassend

Hier volgen de analyses, zoals altijd met gebruik van aantekeningen van de juryleden en Jeroen Bosch. Jurylid Herman Grooten schreef over Cardon-Fridman: “Meester tegen grootmeester. Dat gevoel krijg je wel als je de partij naspeelt, hoewel het lange tijd allemaal niet zo duidelijk is. De witspeler komt langzaam maar zeker in moeilijkheden. Toen ik deze partij naspeelde, wendde ik het hoofd voortdurend naar de koningsvleugel omdat het leek alsof daar de grote klap zou vallen. Maar het slot is redelijk verrassend als de damevangst op de andere kant van het bord geschiedt.”

Partij Cardon – Fridman

Hachelijke zaak

“Siciliaans spelen tegen Pijpers is een hachelijke zaak, blijkt ook nu weer”, aldus Grooten. “Oppervlakkig gezien lijkt het een walkover, maar er gebeurde onder de oppervlakte het nodige dat vrij ingewikkeld was.”

Partij Pijpers – Martens

Te gemakkelijk

Er kwamen nog drie partijen op de shortlist terecht, maar die konden niet tippen aan de twee hierboven. Het kwam de witspelers steeds te gemakkelijk ‘aanwaaien’, vonden Ree en Grooten. Daarbij tekenen we nog even aan dat de partijen van Charlois Europoort weer niet allemaal beschikbaar waren. Als daar nog mooie tussen zaten, bestaat de kans dat ze in de vergetelheid verdwijnen.

Partij Senders – Groffen

Partij Zelbel – Nijboer

Partij Kollen – Vedder